woensdag 7 september 2016

Pompeuze aantijgingen tegen de PVV


‘Wilders en zijn PVV vormen een bedreiging voor de rechtsstaat’, zo luidt de haat-soundbite die de laatste tijd weer gretig wordt gerecycled in politiek-correcte kringen. Pechtold (D66) zei het, Spekman en Asscher (PvdA) zeiden het en Rutte herhaalde het nog maar weer eens in het avondvullende deugprogramma Zomergasten. En ze mogen dat allemaal ongestoord blijven roeptoeteren zonder ook maar één weerwoord van het mainstream journaille. De grootst mogelijke nonsens wordt voor zoete koek geslikt. Het gaat uit van de premisse dat de wetten van een democratische rechtstaat in beton gegoten zijn, dat er maar één onwrikbare set van Grondwetsartikelen bestaat voor vandaag en de eeuwigheid. En dat is dan toevallig ook nog eens precies de Grondwet die wij anno 2016 in Nederland hebben. Wat een arrogantie! Wat een gebrek aan historisch besef!

Laten we artikel 1 van de Nederlandse Grondwet als voorbeeld nemen. Dit artikel is bij-kans heilig verklaard door de links-liberale goegemeente. Toch is het pas betrekkelijk jong. Het stamt uit 1983. Betekent dit dat Nederland voor die tijd geen democratische rechtsstaat was? Bevonden de burgers zich in de jaren vóór 1983 in een uiterst gevaar-lijke situatie? Natuurlijk niet.

Elke politieke partij kan te allen tijde aanpassingen in de Grondwet voorstellen, zolang men zich ondertussen maar aan de geldende wet houdt. Voorstellen tot wijziging behoren bespreekbaar te zijn in een democratische rechtsstaat. Daar is helemaal niets ‘gevaarlijks’ of ‘bedreigends’ aan. Sterker nog: dat is gewoon een onlosmakelijk onderdeel van een gezond opererende democratie. De voorwaarden voor de acceptatie van een grondwetswijziging in Nederland zijn glashelder. Het wetsvoorstel dient met een 2/3 meerderheid van stemmen te worden aangenomen in beide Kamers van ons parlement. Dit is volkomen legaal.

Zo is er in Nederland momenteel een wet op de orgaandonatie. Weliswaar geen onderdeel van de Grondwet, maar wel een belangrijke wet die regelt dat er in onze samenleving beschaafd wordt omgegaan met dit precaire onderwerp. Elke Nederlandse burger kan, na ampele overweging, bij leven besluiten dat hij zijn organen na de dood ter beschikking wil stellen. D66 wil deze wet nu zo veranderen dat de organen van iedereen automatisch voor transplantatie ter beschikking komen, tenzij iemand bij leven expliciet aangaf dat niet te willen. Dus ook de organen van mensen die daarvoor nooit toestemming hebben gegeven. Onder de huidige wet is dit strafbaar. Het onfatsoenlijke voorstel van D66 is dus, om de eigen woorden van Pechtold te gebruiken, “handelen dat de grenzen van democratie en rechtsstaat overschrijdt”. En in Rutte’s jargon dient dit immorele D66-voorstel onder de vigerende wetgeving in Nederland te worden beschouwd als “een voorbeeld van een bedreiging van de rechtstaat”. Allemaal grote onzin natuurlijk. En net zo’n onzin is het om dit te beweren als het gaat om voorstellen van de PVV over het sluiten van moskeeën of het niet toelaten van asielzoekers.

Ondertussen zijn juist partijen als VVD, PvdA, D66, CDA en GroenLinks zelf bezig met het in rap tempo overdragen van allerlei fundamentele wettelijke bevoegdheden van Nederland naar de Europese Unie. De overgrote meerderheid van de Nederlanders wil dit niet. Maar de politieke partijen waarop zij stemmen gaan er desondanks mee door. Hoe groter de maatschappelijke weerstand, hoe sneller de wetten van Nederland worden vervangen of overruled door Europese wetten. En daar komt niet eens tweederde meerderheid aan te pas. Het gaat sluipenderwijs. Er wordt liefst zo weinig mogelijk ruchtbaarheid aan gegeven.

Hoe verhoudt zich dát eigenlijk tot de democratische rechtsstaat?

Percolator, voor al uw sterke koffie

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.